Belangstelling voor fotografie had ik al voor ik ging reizen. Maar het is gedurende het reizen dat die belangstelling zich verder heeft ontwikkeld. Mijn eerste verre reis was naar Indonesië. Daarna volgden Mexico, Turkije, Thailand en Maleisië. Waarop het tijd werd voor een langere reis. Met een enkeltje Bombay en een vaag plan vertrekken en ruim zes maanden later met de trein terugkomen uit Beijing. Het gevoel te beschikken over een oceaan van tijd omgeven door dampkring aan vrijheid. En de herinneringen die na een jaar bijna op de dag nauwkeurig waren blijven hangen, terwijl die aan de maanden ervoor al niet meer waren dan een samenvatting van herhalende feiten. De verwondering die je ervaart vraagt er om om vastgelegd te worden. In beelden en verhalen. Dat ben ik steeds blijven doen en uiteindelijk zijn dat mijn belangrijkste bezigheden geworden.
Reisfotografie omvat veel aspecten van de fotografie: landschap, portret, reportage, straatbeelden en seriematig werken. En het leidt tot ervaring met zeer uiteenlopende omstandigheden, zowel qua licht als qua omgeving en interactie met mensen, dat laatste vaak gehandicapt door het ontbreken van een gemeenschappelijke taal.
Reizen is beleven. Fotograferen is kijken. En uit kijken en beleven volgen als bijna vanzelf verhalen.
Techniek De meeste foto’s zijn genomen met Nikon D200, D300 en D800, 12-24 F4, 17-55 F2.8, 24-120 F4, 16-35 F4, 70-200 F2.8. Maar bij de reisalbums vind je ook foto’s van compacts, D70 en zelfs ingescande dia’s
Huidig:Olympus OM-D EM1 II, 12-40 F2.8, 45 F1.8, 50-200 F4-5.6, Panasonic 25 F1.4, 7-14 F4, 35-100 F2.8